Astrid Harrewijn studeerde rechten en was daarna werkzaam als vertaalster. Na het winnen van een schrijfwedstrijd debuteerde ze in 2006 met de roman Ja kun je krijgen. Ze heeft inmiddels elf romans en twee luisterseries gepubliceerd. Ze heeft een onmiskenbaar eigen stijl en schrijft met humor over de valkuilen van ons dagelijks bestaan. (van website Astrid). Ik leerde haar boeken kennen bij de trilogie over vrienden. Ik las alle drie de boeken stuk. Ik heb ze zelfs al nog eens herlezen. Absolute aanrader dus. Ook haar laatste boek De stroopwafelshop is in deze tijd heerlijk leesvoer. Wij mochten Astrid wat vragen stellen.
*Je schrijft altijd feelgoodromans. Zie je jezelf in de toekomst ook nog in andere genres schrijven? Welk genre zou dat dan zijn?
Grappig dat je dit vraagt, want ik schrijf momenteel een Original voor Storytel en die heeft historische elementen. Daarnaast vind ik het natuurlijk altijd leuk om een spannend elementje in mijn feelgoodboeken toe te voegen, maar een horror-porno-werkje van mijn hand zal er nooit komen.
* In ‘De stroopwafelshop’ schrijf je over de moedige maar tegelijk onzekere Suze die haar kans grijpt om binnen het jaar een succesvol koffietentje uit de grond te stampen in New York. Is zij iemand waarmee jij zou kunnen bevriend zijn? Wat trekt jou in haar aan en wat net niet?
Ja, ik denk dat ik het wel zou kunnen vinden met Suze. Als ik in de buurt van haar Stroopwafelshop zou wonen, dan had ik graag aangeschoven aan de buurtbewonerstafel. Ik vind haar wel dapper en ik houd van haar ondernemingslust. Wat ik minder leuk aan haar vind, is dat ze misschien iets te veel een twijfelkont is. Maar ik denk niet dat het boek er leuker op was geworden als ik er een super-power-vrouw van had gemaakt. Als lezer wil je je toch ook kunnen identificeren. Toch?
*Wat was in ‘De stroopwafelshop’ het moeilijkste deel om te schrijven?
Ik vond het spannende gedeelte best moeilijk. Er gebeurt dan veel en weinig tegelijk; dat vind ik altijd lastig. Er gaat dan veel om in het hoofd van Suze, en ik ben toch meer van de dialogen.
*Waarschijnlijk heb je wel het nodige opzoekwerk gedaan voor je boeken. Wat is het gekste dat je hebt opgezocht of gevonden in de research voor je boeken?
Ik moest inderdaad veel research doen. De Stroopwafelshop is mijn eerste boek dat niet in Nederland afspeelt. Bushwick maakte veel indruk op mij omdat het bekend staat om zijn vele muurschilderingen. Ik heb ook in het boek beschreven hoe dat is ontstaan. Het idee van de muurschilderingen is een initiatief geweest van Joe Ficalora. Hij woonde met zijn ouders in het destijds behoorlijk criminele Bushwick. Zijn vader werd vermoord; een onschuldig slachtoffer, op het verkeerde moment op de verkeerde plek. Met zijn initiatief van de muurschilderingen probeerde Joe de buurt nieuw elan en hoop te geven. En dat is gelukt!
* Waarom vind je het belangrijk om in ‘De stroopwafelshop’ aandacht te hebben voor enkele zwaardere thema’s zoals abortus en keuzevrijheid?
Ik ben geen feministe die op de kansel staat te preken, maar als ik via mijn schrijven stof tot nadenken kan geven, dan zal ik dat niet nalaten. Ik vind dat we zuinig moeten zijn op de rechten die we hebben. Rechten als gelijkheid en vrijheid zijn niet voor iedereen vanzelfsprekend en ik vind dan ook dat we de plicht hebben die rechten te koesteren.
* Hou je zelf ook van stroopwafels? Heb je een voorkeur voor een bepaalde smaak?
Ja, ik vind stroopwafels echt heel lekker. En het geeft me ook een fijn Nederlands gevoel. Mijn persoonlijke favoriet is de ordinaire stroopwafel zonder toevoegingen.
*Haal je soms inspiratie voor je verhalen uit je (nabije) omgeving? Of is alles echt fantasie?
Mijn fantasie is groot. Te groot. Daar komt nog bij dat ik het lastig vind om te schrijven over dingen die ik zelf heb meegemaakt. Ik creƫer graag een wereld met fictieve personages. Ik ben uiteindelijk gewoon een verhalenverzinner.
*Tegenwoordig worden er vaak recensies geschreven. En jij hebt duidelijk een enthousiast lezerspubliek. Volg je dat allemaal op? En hoe ga je om met zoveel positieve commentaar (of negatieve kritiek als dat er is)?
Ik lees ze allemaal en deel ze op social media. Ik ben dolblij met lezers die de moeite nemen om hun mening over mijn boek te formuleren en op papier te zetten. Vergis je niet, dat is veel werk. Nou ja, dat weet jij beter dan ik :-) Van positieve recensies word ik uiteraard gelukkig, maar negatieve horen er ook bij. Natuurlijk sta je als auteur dan niet te juichen, maar als je niet tegen negatieve recensies kunt moet je niet gaan schrijven. Sommige auteurs vinden het nodig om hun onmin over een negatieve recensie uitgebreid op social media te ventileren met als gevolg dat de recensent volledig onderuitgehaald wordt. Ik vind dat niet chic, en daarnaast ook nog eens buitengewoon onwenselijk. Laat ik het erop houden dat ik gewoon even in stilte lijd als ik een negatieve recensie lees.
* Hoe ziet een typische schrijfdag er voor jou uit?
Voor mij is schrijven gewoon werken. Maar er is wel een verschil met een normale baan van negen tot vijf, want bij mij gaat het hoofd niet meer uit. Ik kan dus ook midden in de nacht opstaan en verder gaan schrijven. Als ik met een boek bezig ben, dan zit het 24/7 in mijn hoofd. Het mag duidelijk zijn dat een dergelijke schrijfbubbel niet altijd even gezellig is voor mijn omgeving.
*Wat doe je het liefst als je niet aan het werk bent?
Met de honden wandelen op het strand, klussen in ons huisje in Frankrijk, leuke dingen doen met de dochters, drummen, op Funda rondhangen, eten met vrienden, lezen, naar de film….. O, er is zo veel wat ik leuk vind!
*Wanneer komt je volgende boek uit en waarover zal die gaan?
Het volgende boek wordt weer een Original voor Storytel. Zoals ik al aangaf wordt het een serie met historische aspecten en meer dan dat ga ik nu niet vertellen….
Geen opmerkingen:
Een reactie posten