Writer’s block? Dat overkomt alleen anderen
Een writer’s block, dat zou mij nooit overkomen. Schrijven is voor mij bijna net zo vanzelfsprekend als ademhalen. Zodra ik achter mijn laptop ga zitten, stromen de woorden haast automatisch via mijn vingers op het toetsenbord naar het scherm. Ook na mijn eerste boek, Op het verkeerde moment, bleven de woorden stromen. Mijn tweede thriller, In de knel, verscheen een jaar later. En ondertussen borrelden de ideeën achter elkaar op in mijn hoofd.
De plotlijnen voor wat boek nummer drie zou moeten worden, tekenden zich al gauw in mijn gedachten af. Alle ingrediënten voor een thriller waren aanwezig: een afgelegen huisje, alleen bereikbaar per boot, een hoofdpersoon met een niet-alledaags leven dat zich op die plek afzondert, een groep die haar rust verstoort, iemand die iets verbergt en iemand die verdwijnt. Eitje. Het manuscript zou een jaar na het verschijnen van In de knel naar mijn uitgever gaan en een paar maanden later in de winkels liggen, daar was ik van overtuigd.
Het jaar is voorbij, maar de uitgever zit nog steeds op het manuscript te wachten. Ruim tienduizend woorden staan er op papier. Zeker zeventigduizend te weing. Zodra ik achter mijn laptop ga zitten om aan het manuscript te werken, dwaal ik af. Even een liedje toevoegen in de playlist die tijdens het schrijven aan staat. En ik had leuke schoenen gezien online. Zal ik ze bestellen? Hé, een melding van Facebook. Personages van andere verhalen die nog lang niet klaar zijn om met de buitenwereld te delen, dringen zich aan me op. Een hoofdstukje hier, een ideetje daar. De woorden blijven stromen, alleen niet op de juiste plek.
Is dit het dan, mijn versie van een writer’s block, vraag ik me na een paar maanden af. Schrijven doe ik nog steeds, maar het leidt nergens toe. Zodra ik mezelf dwing om aan Het Verhaal te schrijven, stokt het. Het voelt als een verplichting, niet als ontspanning. Maar het verhaal staat me nog steeds aan, waarom kan ik het niet opschrijven? Waarom beleef ik er geen plezier aan, terwijl het plot me niet loslaat?
Er zit te weinig actie in, concludeer ik weer een paar maanden later, dus begin ik verderop in de tijdlijn aan wat spannendere scènes te schrijven. De woordenteller onderaan het document loopt tergend langzaam op en ik wijzig nog maar eens mijn playlist. Mijn hoofdpersoon zit ondertussen rustig in haar afgelegen huisje. Ze vindt het allemaal wel best en voelt helemaal niet de behoefte om zich te mengen in conflicten van anderen. Ze was toch juist gekomen voor de rust?
En dan valt het kwartje. Dát is het: ze zit daar veel te comfortabel en ook nog eens uit vrije wil. Zo dreigt het meer een feelgood te worden. Prima genre, maar niet voor mij. Ik voel me thuis bij thrillers. Dus sorry, hoofdpersoon, maar dit is geen vakantie, niet een moment van bezinning. Je bent verbannen naar deze plek en om er weg te komen, moet je aan de bak. Met dit inzicht komt ze weer tot leven in mijn hoofd. Ik krijg zin om haar aan het werk te zetten, ervoor te zorgen dat ze zich in de actie stort in plaats van die uit de weg te gaan.
De writer’s block in mijn hoofd lijkt opgeheven. Nu alleen nog even dit nieuwe inzicht vertalen naar papier. Dan kan het manuscript hopelijk binnen een jaar naar mijn uitgever.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten