Zwervend door het leven
Jongeren in botsing met zich zelf en anderen is de ondertitel.
De bedoeling van het boek is om de probleemjongeren zelf aan het woord te
laten. Vaak wordt er over de jongeren gepraat en te weinig met. Wij volwassen
en wij hulpverleners weten zo goed hoe hun het zouden moeten doen.
Zoals in het voorwoord wordt gezegd is het erg moeilijk je te verplaatsen in de
wereld van de jongere. Jongeren hebben een totaal andere belevingswereld
waaruit zij reageren.
Naast een aantal jongeren komen er een
Jeugdagent, hulpverlener van verslavingszorg en een leerplichtambtenaar in het
boek voor.
Ik had graag meer hulpverleners horen vertellen.
Nu draait elk verhaal om Felicia die aan 24 uurs begeleiding doet. Ze heeft
zelf twee kinderen en vangt een aantal kids bij haar thuis op. De kids zijn
allen zeer te spreken over haar. In elk verhaal komt naar voren dat deze vrouw
de enige hulpverlening gaf waar ze echt wat aan hadden. O.a door dat zij deed wat
ze beloofde en gewoon bijna letterlijk hun hand vast hield door mee te gaan
naar instanties. Daarnaast de verhalen over de instanties die veel misdeden.
Verklaarbaar door te grote caseload: als jij meer dan 20 cliënten hebt met
daarom heen het netwerk die je moet bedienen kan je vanzelfsprekend veel
minder dan een vrouw die de moederrol overneemt en zich op deze kids stort. In
het boek wordt wel vraagtekens gezet bij wanneer zij de kids loslaat en ze op
eigen benen moeten gaan staan. Hoe gaat het dan met de jongeren?
Voor mij was het te beperkt dat het om 1 hulpplek gaat.
Hoe interessant zou het zijn het gesprek te voeren met een voogd en zijn
toenmalige pupil?
De jeugdreclasseerder met zijn jongere van toen. Waar ging het fout tussen hun.
Wat had anders gekund?
Het zijn voor mij als jeugdhulpverlener zeer bekende verhalen, waarbij soms je
hart breekt. Ik ben er van overtuigd dat veel jongeren met de juiste
hulpverlening een heel eind op het goede pad gezet kunnen worden. Wat is alleen
de juist hulpverlening? Ik loop er van mijn 24e in rond. In verschillende
functies als jeugdbeschermer, groepsleider in de gesloten opvang, groepsleider
bij lvb jongeren,trainer taakstraffen, werkmeester taakstraffen,
woonbegeleider tienermoeders. Altijd met jongeren. Meestal jongeren die vaak
uitgekotst waren door ouders en leraren. Jongeren die blowend de dagen
doorkwamen om maar te verdoven waar ze niet aan wilde denken, jongeren met
hechtingsstoornissen: het ene moment zit je samen een spelletje te spelen en
een uur later krijg je een lasagneschaal naar je hoofd gesmeten. Ik heb
zelfmoordpogingen gezien. Ik heb met vijf man een meisje van 13 jaar naar de isoleer
moeten slepen. Ook heb ik tientallen hulpverleners meegemaakt. Waarbij een deel
liever in kantoor zat te facebooken dan op de groep zat. Die zelf amper
afspraken met de jongeren nakwamen, maar dat wel van hun eisten. Collega's die
veel van de cliënten volks enordinair vonden. Die cliënten lekker lang in de
wachtkamer lieten wachten. Maar gelukkig ook veel collega's die de benen onder
hun kont vandaan liepen en knokten in teamoverleggen voor hun jongeren.
Als je aan een jongere vraagt hoe is het, zal hij altijd goed zeggen. Dat heeft
hij geleerd. Dat heeft dus geen enkel nut om die vraag te stellen. Vraag wat
hij op school gedaan heeft, heeft hij zijn vrienden gezien die week en wat
hebben ze gedaan enz enz. Vraag door op een gezellige toon ipv de controleur
uit te hangen. En doe wat je zegt!
Maar helaas moest je ook soms de conclusie trekken dat het met sommige jongeren
gewoon nooit goed zal komen. En zijn dat ook vaak degene die al heel jong
zwanger raken. Die nog geeneens voor zich zelf kunnen zorgen. Een kind dat een
kind krijgt die ook al in de hulpverlening komt. Zorg blijft eindeloos nodig
en is geen V en D of Perrysport dat omvalt en onnodig blijkt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten